In mijn vorige blogartikel over de vulgreep heb ik je laten zien hoe je deze kunt gebruiken om snel dagen, data en getallenreeksen in te vullen. De vulgreep is niet alleen handig voor het invullen van reeksen, maar ook ideaal als je met formules werkt. Stel, je bent verantwoordelijk voor de personeelsactiviteiten en je wilt weten hoeveel personen er meegedaan hebben.

Dan reken je dit uit voor de eerste activiteit.

Klik dan op de cel waar de formule in staat en pak de vulgreep. Sleep dit dan naar rechts om hetzelfde te berekenen voor alle kolommen.
Excel past de formule automatisch aan voor elke kolom.

Dus waar de formule eerst =SOM(B2:B18) was, is het in de kolom daarnaast =SOM(C2:C18) en de kolom daarnaast =SOM(D2:D18).
Doordat je de vulgreep gebruikt hebt, wordt dit automatisch aangepast. Ideaal dus!

Alleen… soms gaat dat juist niet goed en dat is waar je op moet letten.

Relatieve en absolute celverwijzingen

Standaard gebruikt Excel relatieve celverwijzingen. Dat betekent dat wanneer je een formule sleept, de celverwijzingen meebewegen. Dus dat je in dit voorbeeld van kolom B naar kolom C gaat en daarna naar kolom D. Soms wil je dat niet en moet er absoluut (zie hier je ezelsbruggetje ) naar een bepaalde cel verwezen worden. Dan gebruik je de absolute celverwijzing.

Absolute celverwijzingen met het $-teken

Om dit te laten zien gaan we met ijsjes werken. Ik heb een aantal smaken ingevuld en een prijs per bolletje. Ik wil graag dat als iemand het aantal bolletjes invult, dat er automatisch berekend wordt wat de prijs is.

Bij Vanille vul ik daarom in: =B2*F2 (aantal bolletjes x prijs per bolletje)
Trek ik dit via de vulgreep naar beneden, wordt B2 automatisch B3. Dat wil ik ook, want ik wil dan uitrekenen hoeveel ze moeten betalen voor het chocoladeijs. Maar F2 wordt automatisch F3. Dat zou ik wel willen als iedere smaak een eigen prijs heeft, maar in dit geval hebben alle smaken 1 prijs. Dus moet er steeds naar cel F2 verwezen worden.

Om dit te doen, voeg je een $ toe. Daarmee verwijs je vast (dus absoluut) naar die ene kolom, rij of cel.

Met $F2 verwijs ik steeds naar kolom F, met F$2 verwijs ik steeds naar rij 2 en met $F$2 verwijs ik steeds naar de specifieke cel.
In dit geval sleep ik met de vulgreep naar beneden. Dan wordt dus alleen de 2 gewijzigd, F blijft hetzelfde. Daarom hoef ik alleen de $ voor de 2 te plaatsen:

=B2*F$2

Bij B2 voeg ik niets toe, want die moet wel steeds wijzigen qua rij.

Tip: zolang je nog in de cel staat (niet erop, maar erín, alsof je de formule wijzigt), kun je met de functietoets F4 snel schakelen tussen verschillende types verwijzingen: relatief, absoluut ($F$2), half-absoluut (rij: F$2) en half-absoluut (kolom: $F2).

Enorm handig, maar wel opletten
De vulgreep gebruiken bij formules scheelt veel tijd en is dus enorm handig. Ik adviseer je zeker om hier eens wat mee te spelen. Maak bijvoorbeeld eens een kasboekje aan in Excel.

Maar: de meest voorkomende fout bij het gebruik van de vulgreep met formules is het vergeten om celverwijzingen absoluut te maken wanneer dat nodig is. Controleer daarom altijd je formules na het kopiëren, vooral bij complexere berekeningen.

Wil je meer leren over Excel en de andere Microsoft Office programma’s? Meld je dan aan voor het Membership!

naar het Membership